Moeilijke eters, hoe ga je ermee om?

We hebben er vroeg of laat allemaal wel eens mee te maken. Je kind wil niet eten, eet opeens slechter of eet iets niet wat hij eerst wel lekker vond. Je kunt je als ouder behoorlijk gefrustreerd of machteloos voelen. Immers, je wil het beste voor je kind. Het is belangrijk voor de groei en de ontwikkeling van je kind dat het goed eet. Eten is één van die dingen waar kinderen zelf controle over hebben en als ouder kunnen we dit niet afdwingen. Hoe ga je hier mee om? In deze blog zal ik wat achtergrondinformatie geven om er voor te zorgen dat je je als ouder wat minder ongerust hoeft te zijn.

Ontwikkeling

Kinderen hebben ongeveer vanaf 1 jaar relatief minder voedsel nodig dan in het eerste levensjaar. Baby’s komen ongeveer 3x in gewicht aan in hun eerste levensjaar. Iets wat je hopelijk nooit meer zal evenaren in je leven. Na het eerste levensjaar gaat de groei dus minder hard en zal je kind relatief gezien dus ook minder voeding nodig hebben. Dus mocht je kindje wat minder eten dan zal het op dat moment ook wat minder nodig hebben.

Bij peuters kan de behoefte aan eten nogal verschillen van dag tot dag en van voeding tot voeding. Ze zijn wat wispelturiger. Ze kunnen op het ene moment eten als een bootwerker terwijl op een ander moment ze hun mondje bijvoorbeeld stijfdicht houden. Hoeveel ze eten kan dus per dag erg verschillen. Laat het vooral zo, morgen is er weer een dag. Kinderen kunnen het prima zelf regelen en gaan weer van zelf eten als ze trek hebben. Als je kind moe is of het te laat eet, is het ook lastig en wordt de maaltijd vaak geen succes.

Kieskeurige eter

Kinderen tussen de leeftijd van 1,5 en 6 jaar kunnen kieskeurig worden als het om eten gaat. Ze kunnen minder gaan eten of lastiger eters worden. Sommige kinderen wijzen het eten af wat ze voorheen heel lekker vonden. Anderen vinden het moeilijk om nieuwe dingen uit te proberen en willen geen onbekend voedsel eten. Ongeveer 50% tot 60% van de kinderen kent zo’n fase en heeft hier last van tussen de 1,5 en 6 jaar. Het is een onderdeel van de normale ontwikkeling. Het hoeft dus niet zo te zijn dat je kind hier last van krijgt maar meer dan helft heeft dit wel. Het is nu ook niet zo dat je kind er continu last van heeft, het komt en gaat in vlagen.

Wat kan je doen

Mocht je kind in zo’n periode zitten, dan hoef je je geen zorgen te maken. Vaak gaat het vanzelf weer over. Als je kind normaal groeit, niet vaker dan normaal ziek is, levendig is, genoeg energie heeft, hoef je je geen zorgen te maken. Als een kind trek heeft gaat het echt wel weer eten. Blijf rustig en geduldig. Hoe meer jij aandringt, hoe meer weerstand dit zal opwekken.

Dwing je kind niet. Het werkt het beste om je kind te volgenen te stoppen met aanbieden als je kind niet wil eten. Op die manier voorkom je de strijd aan tafel en voorkom je dat je kind tegen het eten op gaat zien en het eten met iets negatiefs associeert. Probeer het op een later of ander moment gewoon nog een keer.
Houd het gezellig aan tafel. Zorg dat er een ontspannen sfeer aan tafel is en dat het een gezamenlijk moment is. Jij bent heel belangrijk voor je kind en dient als voorbeeld voor je kind, dus geef het goede voorbeeld. Praat tegen je kind, benoem de dingen die je kind bezighouden en betrek je kind bij de maaltijd. Zorg en aandacht zijn belangrijke pijlers voor de sfeer. Denk maar eens aan jezelf als je in een restaurant zit, vind je het ook fijn als het er gezellig uitziet, de sfeer ontspannen is en je aandacht krijgt.
Vertrouw op de eetsignalen van je kind. Belangrijk voor een kind is dat het zelf kan bepalen hoeveel en hoe snel het eet. Op die manier leert het kind naar zijn eigen eetsignalen te luisteren en kan hij aangeven of hij genoeg heeft gehad. Dit is belangrijk voor het ontwikkelen van een gezond eetpatroon. De ene dag eet het kind wat meer dan de andere dag. Een kind heeft niet elke dag hetzelfde nodig.
Laat je kind zelf ontdekken. Kinderen wel graag zelf bepalen en ontdekken. Geef je kind hiervoor de ruimte binnen jouw eigen regels en grenzen. Dit wil niet zeggen dat je hem zijn zin geeft. Kinderen hebben ruimte nodig om zichzelf te ontwikkelen.
Met aandacht eten. Zorg ervoor dat de focus op het eten ligt, zorg voor niet te veel afleiding van bijvoorbeeld tv, tablet, geluid. Kinderen zijn snel afgeleid en kunnen nog niet meerdere dingen tegelijktijdig, zoals wij als volwassenen dat doen. Gaat je kind met het eten spelen i.p.v. eten, dan is dat meestal het eerste signaal dat hij klaar is met eten.
Routine. Kinderen betrekken bij de maaltijd zoals bijvoorbeeld de tafel laten dekken, helpen bij het bereiden van de maaltijd, laten meebeslissen over wat er gegeten wordt, laten kiezen tussen twee gerechten, kunnen het eetgedrag positief beïnvloeden.

Samengevat, door te zorgen dat je een positieve sfeer behoudt aan tafel zorg je ervoor dat je kind het eten met iets positiefs associeert. Dat zal er later ook voor zorgen dat je kind niet tegen het eetmoment op gaat zien.

Het kan zijn, dat het toch lastig blijft omdat het kind blijft weigeren. Ik zal de volgende keer verder uitleg geven hoe je op een positieve manier met lastig gedrag om kunt gaan en zal verschillende positieve disciplineringsstrategieën met jullie bespreken. Ook zal ik “regels stellen en je vervolgens aan houden” bespreken de volgende keer.